Hoeveel leerlingen passen er in een klaslokaal?

Voor zowel basisscholen als scholen in het voortgezet onderwijs zijn er voorschriften voor de minimale ruimte per leerling in een klaslokaal. Deze ruimte varieert afhankelijk van het type school en het leerjaar.

Minimale ruimte per leerling

De minimale ruimte die elke leerling moet hebben, wordt uitgedrukt in bruto vloeroppervlakte per vierkante meter (m²) per leerling. De bruto vloeroppervlakte omvat het totale vloeroppervlak van het schoolgebouw, inclusief gangen, trappen en sanitaire voorzieningen.

Ruimte per leerling op basisscholen

Voor basisscholen geldt een minimale bruto vloeroppervlakte van 3,5 vierkante meter per leerling.

Ruimte per leerling in het voortgezet onderwijs (vo)

In het voortgezet onderwijs varieert de vloeroppervlakte maat per leerling, afhankelijk van:

  1. Het type onderwijs;
  2. Het leerjaar.

De specifieke normen zijn vastgelegd in het Uitvoeringsbesluit voorzieningen in de huisvesting po/vo.

Ruimte per leerling in leerwegondersteunend onderwijs (lwoo)

Leerlingen die leerwegondersteunend onderwijs (lwoo) volgen, hebben recht op meer vloeroppervlakte dan andere vo-leerlingen:

  1. In leerjaar 1 en 2 krijgen zij een extra 0,7 vierkante meter per leerling.
  2. In leerjaar 3 en 4 krijgen zij een extra 1,2 vierkante meter per leerling.

Ruimte per leerling in het speciaal onderwijs

In het speciaal onderwijs varieert de minimale vloeroppervlakte per leerling, afhankelijk van:

  1. Het type school;
  2. De specifieke behoeften van de leerlingen.

Ook deze normen zijn vastgelegd in het Uitvoeringsbesluit voorzieningen in de huisvesting po/vo.

Ruimte per leerling in het beroepsonderwijs en hoger onderwijs

Voor het middelbaar beroepsonderwijs en hoger onderwijs zijn er geen wettelijke normen voor ruimte per leerling. De onderwijsinstellingen zijn zelf verantwoordelijk voor de huisvesting.

Grootte van speelplaatsen

De grootte van speelplaatsen op scholen wordt bepaald door de gemeente waarin de school zich bevindt. De richtlijnen voor buitenruimtes zijn vastgelegd in de ‘verordening onderwijshuisvesting’ van de gemeente.

Voor vragen over ruimtenormen en huisvesting kun je terecht bij de gemeente of rechtstreeks bij de school.

Welke vreemde talen krijg je in de bovenbouw van havo en vwo?

In de bovenbouw van havo en vwo krijg je verplicht Engels. Je legt ook je eindexamen af in het Engels. Op het atheneum is het verplicht om eindexamen te doen in een tweede moderne vreemde taal. Voor het gymnasium geldt dat Latijn of Grieks een verplicht eindexamenvak is. Naast Engels heb je de mogelijkheid om te kiezen voor andere moderne vreemde talen, afhankelijk van het aanbod van jouw school.

Profielkeuzevak havo

In het havo-profiel cultuur en maatschappij is het verplicht om naast Engels een tweede vreemde taal te volgen. Binnen de profielen cultuur en maatschappij en economie en maatschappij kun je ervoor kiezen om een extra moderne taal als profielkeuzevak te nemen.

Vrije deel havo en vwo

Tijdens de bovenbouw van havo en vwo kun je, in het vrije deel van je curriculum, ook andere vreemde talen kiezen, op voorwaarde dat deze taal wordt aangeboden door de school en niet al onderdeel is van je gekozen profiel.

Talen op startersniveau havo en vwo

Je hebt de mogelijkheid om de volgende talen te volgen op beginnersniveau en gevorderd niveau:

  1. Spaans
  2. Italiaans
  3. Russisch
  4. Arabisch
  5. Turks
  6. Chinees (alleen beschikbaar voor vwo)

Vrijstelling voor tweede moderne vreemde taal op atheneum

Als je op het atheneum zit, kun je in specifieke situaties een vrijstelling krijgen voor het volgen van een tweede moderne vreemde taal naast Engels. Dit geldt bijvoorbeeld als je dyslexie hebt of als een andere taal dan Nederlands of Fries je moedertaal is. Het verkrijgen van deze vrijstelling is geen vanzelfsprekendheid; het schoolbestuur neemt hierover een besluit. Voor het gymnasium geldt deze regeling niet, aangezien de tweede vreemde taal daar Latijn of Grieks is.

Mag je het beste vak op een hoger niveau volgen?

Als je uitblinkt in één of meerdere vakken, krijg je de mogelijkheid om deze vakken op een hoger niveau te volgen. Bovendien kun je ervoor kiezen om op dat hogere niveau ook je eindexamen te doen. De overheid stimuleert scholen om op deze manier meer gepersonaliseerd onderwijs aan te bieden.

Op maat gemaakt voor talenten

De opties voor aangepast onderwijs gelden voor elke leerling met talenten, maar ook voor leerlingen die in specifieke vakgebieden uitblinken. Dit kunnen leerlingen zijn die bijvoorbeeld excelleren in exacte vakken, maar minder sterk zijn in talen. Een leerling met een speciaal talent voor bepaalde vakken krijgt dan de kans om deze vakken op een hoger niveau te volgen. Zo zou bijvoorbeeld een vmbo-leerling Engels op havo-niveau kunnen volgen.

Examen doen op een hoger niveau

Wanneer je ervoor kiest om een vak op een hoger niveau te volgen, kun je ook op dat niveau eindexamen doen. Mocht je twijfels hebben of je het examen op het hogere niveau wel succesvol kunt afronden, kun je bij school informeren of het mogelijk is om toch het eindexamen op je oorspronkelijke niveau af te leggen. Dit moet je echter overwegen vóór aanvang van het eerste tijdvak van het centraal examen.

Teruggaan naar het oorspronkelijke niveau na een examen op een hoger niveau

Stel dat je eindexamen hebt gedaan op een hoger niveau en het resultaat valt tegen, dan kun je op een later tijdstip (bijvoorbeeld tijdens het tweede tijdvak) alsnog het centraal examen op je oorspronkelijke niveau afleggen. Dit wordt niet beschouwd als een herkansing, dus je behoudt je recht op een herkansing. Het meest recent behaalde cijfer wordt gebruikt. Als je besluit om terug te gaan naar je oorspronkelijke niveau, vervalt het cijfer dat je op het hogere niveau hebt behaald, ook al is dit cijfer hoger.

Overheid wil scholen aanmoedigen

Elke middelbare school heeft de mogelijkheid om leerlingen vakken op een hoger niveau te laten volgen. Desondanks maken scholen hier vaak weinig gebruik van. De overheid streeft ernaar dat alle scholen leerlingen de kans geven om een vak op een hoger niveau te volgen. Daarom zet de overheid zich in om scholen aan te moedigen om meer maatwerk aan te bieden aan hun leerlingen.

Wat moeten scholen doen bij uitval van lessen?

In het schoolplan en de schoolgids wordt beschreven hoe de school omgaat met situaties waarin lessen uitvallen.

Verplicht aantal onderwijsuren

De school is verplicht om alle leerlingen een lesprogramma aan te bieden dat voldoet aan de wettelijke eisen voor onderwijstijd. Als een school niet voldoende onderwijsuren aanbiedt, kan de Inspectie van het Onderwijs ingrijpen.

Vervangend lesprogramma bij lessen die uitvallen

Bij onverwachte uitval van lessen moet het basisonderwijs een vervangend lesprogramma hebben. In het schoolplan en de schoolgids wordt aangegeven welke vervangende activiteiten de school aanbiedt. Middelbare scholen moeten bij het plannen van de lessen rekening houden met mogelijke uitval, bijvoorbeeld door ziekte van een leraar. Ongeplande lessen die uitvallen vanwege studiedagen van leraren zijn niet toegestaan.

Lesuitval door noodsituaties

Soms kunnen lessen uitvallen vanwege noodsituaties, zoals langdurige afwezigheid van een leraar, personeelstekort of brand. Als de school daardoor onder het wettelijk vereiste minimum aantal onderwijsuren komt, moet de school deze verloren tijd inhalen.

Klachten over het handelen van de school bij lesuitval

Indien je het niet eens bent met hoe de school van je kind omgaat met lesuitval, kun je bezwaar maken bij de schoolleiding. Daarnaast is het nuttig om je standpunt te delen binnen de medezeggenschapsraad van de school. In het voortgezet onderwijs moet de medezeggenschapsraad instemmen met het lesuitvalbeleid van de school voordat het wordt ingevoerd. Als deze stappen niet helpen, kun je een klacht indienen bij de klachtencommissie van de school.

Wat houdt de Canon van Nederland in?

De Canon van Nederland is een samenvatting van belangrijke gebeurtenissen uit de geschiedenis van ons land. Deze gebeurtenissen vertellen gezamenlijk het verhaal van hoe Nederland zich door de eeuwen heen heeft ontwikkeld. Docenten maken gebruik van de Canon om hun lesprogramma’s vorm te geven.

Canon van Nederland leerlingen van 8 tot 14 jaar

De Canon van Nederland omvat 50 onderwerpen die betrekking hebben op de Nederlandse cultuur en geschiedenis. Deze Canon is speciaal ontworpen voor leerlingen tussen de 8 en 14 jaar, zowel in het basisonderwijs als het voortgezet onderwijs. Het dient als een handig hulpmiddel voor docenten bij het selecteren van onderwerpen voor hun geschiedenislessen.

Bovendien fungeert de Canon als leidraad bij het vaststellen van de examenprogramma’s.

Toevoegen van informatie aan Canon-onderwerpen

Docenten hebben de mogelijkheid om informatie aan de Canon toe te voegen en deze verder uit te breiden. Hierdoor kunnen ze aanvullende details verschaffen over hoe ze de Canon in hun lessen benutten. Uitgevers kunnen jeugdboeken aanraden en musea kunnen excursies onder de aandacht brengen.

Canon van Nederland bestellen

De Canon van Nederland, evenals landkaarten en publicaties over de Canon, kunnen gedownload of besteld worden via de website Canonvannederland.nl.

Welke vreemde talen krijg je in de onderbouw van het voortgezet onderwijs?

In de onderbouw van het voortgezet onderwijs is Engels een verplicht vak. Afhankelijk van het type school komen daar één of meer verplichte vreemde talen bij.

Verplichte vreemde talen in de onderbouw van havo en vwo

In de onderbouw van zowel havo als vwo moet je naast Engels nog twee moderne vreemde talen volgen. De school moet je zowel Frans als Duits aanbieden. Als jouw school dit aanbiedt, kun je ervoor kiezen om één van deze talen te vervangen door:

Zit je op het gymnasium? Dan ben je ook verplicht om de talen Latijn en Grieks te volgen.

Onderbouw van het vmbo

In de onderbouw van het vmbo moet je naast Engels nog één moderne vreemde taal volgen. Dit kan Frans of Duits zijn. De school moet je ten minste één van deze talen aanbieden. Als jouw school dit aanbiedt, is het mogelijk om in plaats van Frans of Duits een andere moderne vreemde taal te kiezen:

Fries in de onderbouw

In de provincie Friesland is Fries een verplicht vak. Scholen kunnen bij de provincie ontheffing aanvragen van deze verplichting, bijvoorbeeld als de school zich bevindt in een niet-Friestalig gebied of als Fries nauwelijks wordt gesproken in de omgeving.